Een vrouw verloor haar man. Ze was nog jong, had pas één kind. Ze had sati willen plegen, in het vuur willen meeverbranden met haar man bij diens crematie, maar door haar kindje kon dat niet. Ze moest blijven leven voor haar kindje. Maar toen stierf ook haar kindje en dat was teveel voor haar. Ze werd bijna gek en vroeg aan iedereen: `Weet u niet ergens een dokter die mijn kindje weer levend kan maken? Ik leefde alleen nog voor mijn kind en nu is mijn leven veranderd in niets dan duisternis.´
Het gebeurde dat Boeddha een bezoek aan haar woonplaats kwam brengen. De mensen zeiden: `Neem je kind mee naar Boeddha. Vertel hem dat je alleen nog voor dit kind leefde en dat dit kind gestorven is. Vraag hem: "U bent zo´n buitengewoon verlicht iemand, kunt u het kind niet weer tot leven brengen? Heb medelijden met me!"´ Dus ging ze naar Boeddha. Ze legde het lijkje van het kind aan Boeddha´s voeten en sprak: `Breng het weer tot leven. U kent alle geheimen van het leven, u hebt de hoogste top van het bestaan bereikt. Kunt u niet een klein wonder verrichten voor een arme vrouw?´
Boeddha zei: `Ik zal het doen maar onder één voorwaarde.´
Zij antwoordde: `Ik zal elke voorwaarde vervullen.´
Boeddha zei: `De voorwaarde is: je gaat in de stad van huis tot huis en je brengt een paar mosterdzaadjes mee uit een huis waar nog nooit iemand is doodgegaan.´
De vrouw begreep niet waar dat goed voor was. Ze klopte bij een huis aan en kreeg daar te horen: `Een paar mosterdzaadjes? We willen je wel een paar ossenwagens vol mosterdzaad verschaffen als Boeddha daardoor je zoontje weer tot leven kan wekken. Maar we hebben zelf zoveel doden te betreuren in ons huisgezin...´ Het was maar een kleine plaats en ze klopte bij elk huis aan. Iedereen wilde haar wel helpen: `Hoeveel zaadjes wil je hebben?´ Maar het strandde weer op de voorwaarde want in alle huisgezinnen waren er veel sterfgevallen geweest...
Tegen de avond had ze begrepen dat alles wat geboren wordt zal moeten sterven, dus wat heeft het voor zin om het kind weer terug te krijgen? `Het zal toch weer sterven. Het is beter voor jezelf als je op zoek gaat naar het eeuwige, dat wat nooit geboren is en nooit sterft.´ Ze kwam met lege handen terug. Boeddha vroeg haar: `Waar zijn de mosterdzaadjes?´
Ze lachte. ´s Morgens was ze nog schreiend gekomen, nu lachte ze en zei ze: `U hebt me te pakken gehad! Iedereen die wordt geboren, gaat ook dood. Er is geen huisgezin in de hele wereld waarin niet iemand is overleden. Ik zal u niet vragen mijn zoon weer tot leven te wekken want wat heeft dat voor zin? Vergeet maar wat ik voor mijn zoon heb gevraagd. Initieer me in de kunst van meditatie zodat ik het onsterfelijke land kan binnengaan, waar geboorte en dood nooit hebben plaatsgevonden.´
Dit noem ik een waarachtig wonder: het probleem bij de wortel aanpakken.